Jigs

Alles begint bij de jigkop. Cruciaal is dat je het juiste gewicht kiest, en de juiste vorm. En eigenlijk ook nog de juiste maat van haak. Je hebt dus een selectie nodig aan jigkoppen.

Een ronde jigkop is geschikt om verticaal te vissen, dit is de meest compacte massa. Stroming en wind hebben hier het minste vat op. Een football head is geschikt voor stenige bodems, en kruipt beter, zolang de stenen niet te groot zijn. Breuksteen, zoals de oeverversteviging van de meeste Vlaamse kanalen, is geen optie.

Een tip-up loodkop gaat rechtstaan als hij op de bodem komt. Dit kan een absoluut Godsgeschenk zijn als de vis inactief is, en de bodem niet te blubberig. Wordt meestal gecombineerd met een lange worm, of een kreeftje, en dan met tussenpauzes op de bodem gevist.

Het gewicht van de loodkop is een compromis: het moet zwaar genoeg zijn om binnen een redelijk tijd de bodem te bereiken, en ook om tijdens het binnenvissen de juiste diepte te kunnen aanhouden. Vis je groter aas of dieper water, dan heb je een zwaardere loodkop nodig. Courant gebruikte gewichten zijn 2 tot 3 gram voor de meeste wateren, en 5 gram voor diepe kanalen of dokken met een hoge kade.

Haakgrootte is ook een compromis: de haak mag niet zo groot zijn dat hij de staartactie beïnvloedt, maar ook niet te klein zodat de inhakingskans vermindert. De haakbocht moet ergens tussen 1/3 vanaf de kop, tot halverwege het kunstaas naar buiten komen.